De uitspraak van de rechtbank in Groningen heeft de vergunningverlening en het gedogen van de garnalenvisserij nog meer onder druk gezet. De verlopen Natuurwetvergunning voor Belgische garnalenvissers is ondermijnd en dit heeft gevolgen die verder reiken dan de Belgische vissers. De uitspraak van de bestuursrechter kan betekenen dat garnalenvissers geen beroep kunnen doen op de Natuurwetvergunning waar ze op hoopten.
De Waddenvereniging, Wereld Natuur Fonds Nederland, Natuurmonumenten en Stichting de Noordzee hebben bezwaar gemaakt tegen de vergunning.Volgens Wouter van der Heij van de Waddenvereniging houdt de uitspraak van de rechter in dat als er een vergunning wordt gegeven aan de Belgen om op garnalen te vissen, er ook gekeken moet worden naar de effecten voor Nederlandse vissers. De uitspraak geeft aan dat uit de onderbouwing bij de vergunning niet blijkt dat de effecten van de visserij geen blijvende schade toebrengen aan beschermde natuurwaarden.
Juridische stappen niet uitgesloten
Het gedogen en straks vergunnen door het ministerie van LNV onder in wezen gelijke voorwaarden heeft ook gevolgen voor de ruimte die het ministerie zal bieden aan zowel Belgische als Nederlandse garnalenvissers om in beschermde natuurgebieden te vissen. De Waddenvereniging verwacht dat het ministerie de voorwaarden in de nieuwe vergunning aanpast om aan de uitspraak te voldoen. Als dat niet gebeurt, kunnen ze naar de rechter stappen. De Waddenvereniging kan ook juridische stappen ondernemen tegen het gedogen van de garnalenvisserij door het ministerie tot 1 oktober.